Vooringenomenheid, ook wel bekend als bias, betreft de neiging van mensen om onbewust bevooroordeelde beslissingen te nemen op basis van hun persoonlijke overtuigingen, voorkeuren of stereotypen. Dit in plaats van objectieve en oordeelloos beoordelingen te maken. Het is een neuropsychologische factor die op verschillende manieren het denken en gedrag beïnvloedt, zoals oordelen, besluitvorming en interpretatie van informatie.
Neuropsychologische factoren zijn namelijk sterker van invloed op het vermogen van personen om de wet en regelgeving correct uit te voeren dan we ons bewust zijn. Deze factoren omvatten zaken zoals stress, angst, concentratieproblemen en vermoeidheid. Zaken die allemaal invloed hebben op iemands cognitieve functies en besluitvormings- en probleemoplossend vermogen.
Vooringenomenheid komt daarop aanvullend voort uit verschillende bronnen, zoals culturele achtergrond, sociale invloeden, cognitieve shortcuts en emotionele reacties. Het kan leiden tot onrechtvaardige behandeling van anderen of groepen en kan het vermogen om weloverwogen keuzes te maken belemmeren.
Het is dus belangrijk voor wie betrokken zijn bij het aanbestedingsproces om zich bewust te zijn van hoe bias invloed heeft op het ontwikkelen van inkoop- en CLM strategieën en hoe hiermee om te gaan. Niet vanuit goed of fout gedacht, maar zodat de wet correct wordt nageleefd en eerlijke concurrentie wordt bevorderd. Dit is immers de achterliggende gedachte van hoe de aanbestedingswet initieel in het leven is geroepen. Het bevorderen van eerlijke concurrentie. Helaas is deze geest in praktijk nooit de drijvende kracht geworden achter de letter, het aanbesteden.
Persoonlijk referentiekader speelt hierop in vanuit het principe “Onbekend maakt onbemind”. Het is een uitdrukking die aangeeft dat mensen vaak terughoudend of wantrouwend staan tegenover dingen, mensen of situaties die ze niet kennen of begrijpen. Wanneer iets onbekend is, hebben mensen de neiging om er negatieve overtuigingen aan te koppelen en te bestendigen, simpelweg omdat ze er niet vertrouwd mee zijn. Deze uitdrukking benadrukt het belang van objectiviteit, transparantie en begrip om vooroordelen en wantrouwen te verminderen.
De kunst is om dus de taal te spreken en zaken begrijpelijk te kunnen maken voor degenen die onbekend of wantrouwend zijn tegen het proces en de eventuele uitkomst.
Het aanbestedingsrecht staat hiermee als ’tegennatuurlijk’ proces dan ook altijd onder druk. Het brein wil namelijk makkelijk beslissingen kunnen maken en doet dit met behulp van voorhand zijnde kennis en informatie. Door zelf verschillende scenario’s met elkaar te vergelijken en op basis daarvan een zo optimaal mogelijke keuze te maken. We gedijen dus goed bij het idee dat we zelf invloed hebben op dit proces en een eigen afweging kunnen maken. Dit geldt zowel voor de inschrijvers als voor de aanbestedende dienst, zowel de betrokken adviseurs als ook de interne opdrachtgever.
Om vooringenomenheid te verminderen, is bewustzijn van deze factoren nodig. Training, kennisdeling en ijzersterke communicatieve vaardigheden zijn onontbeerlijk om bewuster en objectiever te oordelen en gedragen beslissingen te nemen.